|
| blader terug |
| Onderwerp:De olijfboom zonder vrucht |
| bijbelboek:Lucas |
| hoofdstuk: 13 vers 6 t/m 9
|
|
Omhakken, weggooien, geen aandacht meer besteden aan wat niet voldoet.
En wanneer de wijngaardenier niet zou hebben ingegrepen, was dit ook met deze boom gebeurt.
In de vergelijking die Jezus maakt, is God de bezitter van de wijngaard.
Jezus is als de wijngaardenier degene die om uitstel en geduld vraagt.
Hij belooft de eigenaar dat hij er nog een schepje bovenop zal doen om de boom tot groei en vrucht te brengen.
Door lucht in de grond te spitten,extra mest en aandacht te geven moet het toch in 1 jaar wel lukken.
De vijgenboom heeft niets fout gedaan.
Hij deed alleen iets niet, namelijk vrucht dragen.
Wel gaf hij schaduw aan de werkers, een stevige stam voor de wijnranken om tegen aan te groeien en toch…. de vruchten bleven uit.
En God,
God, is op zoek naar mensen die vrucht dragen.
Vrucht dragen is geven.
Wij mensen zijn voorbestemd om te geven, door te geven.
Wil je vrucht dragen, dan zul je op een goede plaats moeten staan, waar je genoeg goede voedingsstoffen en zonlicht ontvangt om te kunnen groeien en bloeien.
En die goede plaats, daar ontbreekt het nog al eens aan in ons leven.
Want waar staat u?
Staat u op een plaats die het daglicht kan verdragen in wat u denkt en doet?
Laat u zich voeden door de goede dingen?
Vragen.
Vragen, die zich aandienen tijdens deze veertigdagen tijd.
De tijd van bezinning.
De tijd van voorbereiding op het lijden, sterven en de uiteindelijke opstanding van Jezus Christus.
Een tijd om na te denken over de dingen die wij (hebben) laten liggen in ons leven.
Na te denken over de dingen die wij wel had moeten doen, maar die wij niet hebben gedaan.
Maar ook een tijd om ons open te stellen voor, |lees verder | |
|
|
|
